Ouderen
Afrondingsopdracht 2 Inge van Eck & Richèlle Nelissen
De verschillende fases van dementie.
1e fase: De bedreigde ik.
Mensen die in de eerste fase van dementie zitten hebben kleine verschijnselen die in het begin niet zo snel opvallen. Ze krijgen in het begin problemen maken bij het maken van plannen, ze hebben meer moeite met nieuwe situaties, ze hebben meer tijd nodig voor dagelijkse bezigheden, ze kunnen sneller geïrriteerd of gespannen raken en zijn sneller wantrouwig.
2e fase: De verdwaalde ik.
Mensen die van de eerste fase naar de tweede gaan hebben naast belemmeringen die deze mensen al hebben krijgen ze meer last van geheugenproblemen, moeite met het inprenten van nieuwe informatie, desoriëntatie in tijd en soms ook in personen en vergeten ze waar ze spullen hebben gelaten.
3e fase: De verborgen ik
Wanneer de mensen uit de tweede fase steeds minder kunnen en weten, gaan ze naar de derde fase. Bij de derde fase worden de geheugenproblemen nog groter, desoriëntatie in tijd, persoon en plaats, lopen doelloos rond, ze krijgen last van apraxie, dagelijkse handelingen kunnen ze niet meer uitvoeren, herhalen bewegingen, ze krijgen desinteresse in de omgeving, ze krijgen last van karakterveranderingen en zijn in zichzelf gekeerd, ze krijgen last van afasie, moeite met praten en uitdrukkingen en vallen terug op herinneringen van vroeger.
3e fase: In een later stadium.
Tussen de 3e en 4e fase zit nog een klein stapje. Hier krijgen mensen met dementie nog meer belemmeringen in desoriëntatie bij personen, verdere persoonlijkheidsveranderingen, verlies van waardigheid (decorumverlies), ook krijgen ze last van wanen en hallucinaties en worden apatisch, minder interesse in de omgeving.
4e fase: De verzonken ik.
In deze fase is contact eigenlijk niet meer mogelijk, ook zijn ze afhankelijk van zorg. Vaak liggen deze mensen in foetushouding, ze kunnen niet meer zelf eten en worden gevoed via een zonde. Wanneer mensen in deze fase zitten dan hebben ze vaak niet lang meer te leven.
Warmte zorg en belevingsgerichte zorg
Warmtezorg
De client zoekt houvast en structuur
en veiligheid.
Warme zorg biedt de cliënt dit door een liefdevolle benadering waarin troost, geruststelling, aanraking en nabijheid.
Wordt vaak ingezet bij matige tot ernstige dementie
- Een op een huiskamer gelijkende ruimte
- Warme kleuren en zachte materialen
- Muziek passend bij de belevingswereld
- Aanwezigheid van huisdieren
Belevingsgerichte zorg
- Men gaat hier uit van de ik-beleving = Dat wat een client denkt of voelt over zichzelf of de omgeving op een bepaald moment.
- De zorg afstemmen op wensen, mogelijkheden, behoeftes en gewoonte
- Hierdoor verbeteren sociale contacten, probleemgedrag neemt af en de kwaliteit van leven verbetert.
- Gaat ervan uit dat ieder mens een uniek en waardig persoon is, ongeacht zijn beperkingen
- Die persoon vormt het uitgangspunt van de zorg, niet de ziekte en de beperkingen
- Liefdevolle aandacht en respect voor de persoon staan centraal
ROB en Validation
Rob (realiteits-oriëntatiebenadering
Bij de benaderingswijze ROB wordt informatie aangeboden die de oriëntatie ondersteunt zodat de cliënt zo lang mogelijk betrokken is in de realiteit. Hoe langer de dementerende mens verbonden blijft met de realiteit van vandaag, des te groter de kans dat de dementerende op een zo zelfstandig en normaal mogelijke manier kan meedoen in het leven van alledag.
· De methode ROB wordt vooral gebruikt bij cliënten met een lichte dementie.
· De cliënt moet nog wel:
· begrijpen wat er gevraagd of gezegd wordt
· moet nog in staat zijn tot leren, onthouden
· het vermogen hebben zich iets te herinneren
· de begeleider moet op de hoogte zijn van het leven van de cliënt ( moet op de hoogte zijn van welke herinneringen de cliënt vergeet)
· ROB kan individueel en in groepsverband worden ingezet
· Het gaat vooral om voorkomen van verwardheid door:
· Concreet te zijn ( bv: dingen in een vast schema aanbieden)
· Informatie verstrekken ( bv: terloops, in een gesprek bijvoorbeeld de datum benoemen)
· Dag en weekschema’s gebruiken
Validation
De methode Validation wordt ingezet bij matige en ernstige vormen van dementie. Validation gaat uit van bevesteging en waardering van de gevoelens van de cliënt. Je moet als begeleider de cliënt in zijn waarde laten en meegaan in zijn beleving. Je moet ook uitgaan van bevestiging en waardering van de gevoelens van de cliënt. Ook moet je laten merken dat je de cliënt begrijpt en het achterliggende gevoel herken.
Reminiscentie en planetree
Reminiscentie
Bij reminiscentie is het doel ophalen en stilstaan bij herinneringen uit het verleden. Hoe ver het dementieproces verder gaat denken de mensen steeds meer terug naar het verleden. Het teruggaan naar het verleden kan door foto’s van vroeger te kijken, oude spullen in huis en het er overt te hebben.
} Er worden thema’s aangehaald als:
} - vader en moeder
} - ouderlijk huis
} - lagere school
} - lievelingseten
Planetree
Planetree is niet per se bedoeld voor mensen met dementie, dit i een benaderingswijze voor alle ouderen die kwetsbaar zijn. Streeft ernaar dat mensen voorop staan en gaat ervan uit dat iedere medewerker een zorgverlener is
Planetree is meer een filosofie dan een benaderingswijze.