Probleem gedrag bij dementie
Hoe ga je ermee om?
probleemgedrag nummer 1 : weglopen
Bij situatie 1: u kunt het beste als omstander en voor zorgen dat de locatie waar de bewoner woont meer gaat lijken op thuis. Dit kan gedaan worden door spullen van vroeger en thuis daar te plaatsten of de zelfde meubels te gebruiken. Ook dagelijks contact met de mensen waar de bewoner mee leefde kan veel hulp bieden en rust.
Bij situatie 2: Doordat de bewoner zich verveeld of onrust heeft door te weinig bewegen kan je deze bewoner opgeven voor activiteitenprogramma's. Zodat deze bewoner overdag een schema heeft en dingen gaat doen zullen zij meer voldoening hebben en de onrust wat minder worden. Ook door kleine karweitjes als de afwas, aardappels schillen of te puzzelen kom je al ver. Als er tijd is een blokje wandelen met begeleiding is ook altijd goed. Als de bewoner nog in een goed stadium is kan er ook de afspraak gemaakt worden dat hij iedere dag mag gaan wandelen zelf als hij maar terug komt. Zo kan de bewoner wandelen, is zijn onrust kwijt en is er van een probleem een oplossing gemaakt.
Probleem gedrag 2 : dagritme omgooien waardoor slapen overdag en s'nachts actief.
Oplossing: Door overdag activiteiten aan te bieden en de bewoner wakker te houden lukt het vaak al om het gedrag wat te verleggen. Door te kijken wat je aan het slaapcomfort kan doen los je vaak ook al dingen op. Is iemand wakker omdat hij stress heeft of omdat de persoon een ander bed gewend is? is iemand gewend om met sokken te kunnen slapen of met een lampje? De kleine dingen kunnen al veel betekenen. Probeer te achterhalen wat het probleem is en dit te verhelpen, vaak zijn het maar kleine dingen.