Zindelijkheidstraining
Begeleidt je kind naar een droge periode
Wanneer begin je?
Je begint met zindelijkheidstraining als je kind er aan toe is. De meeste kinderen worden zindelijk tussen de twee en vier jaar. Hoe weet je dat je kind er aan toe is? Dat kun je herkennen aan de volgende signalen:
- Je kind geeft aan als hij geplast of gepoept heeft
- Je kind heeft steeds vaker een droge luier
- Je kind krijgt interesse in het naar de wc gaan van anderen
- Je kind zondert zich af wanneer hij zijn behoefte moet doen
- Je kind vindt ontlasting vies
Tips
Een aantal tips die belangrijks zijn als je je kind zindelijk wilt maken:
- Leg je kind uit waarvoor een potje dient en laat hem er eventueel mee spelen
- Zorg dat je kind goed op het potje kan zitten, met de voeten op de grond
- Als het mooi weer is kun je je kind lekker zonder luier aan buiten laten spelen. Als een dan nat is, zal het sneller begrijpen wat er gebeurt
- Neem je kind mee als je zelf naar het toilet gaat. Een kind ziet dan een goed voorbeeld en zal dit willen imiteren
- Laat je kind nooit te lang op het potje zitten, maar zet hem regelmatig even op het potje
- Het is belangrijk dat als je kind iets in het potje doet, hem te belonen. Dit stimuleert een kind om vaker op het potje te gaan. Dit zou je kunnen doen met beloningskaarten
Problemen
Zindelijkheidstraining gaat niet altijd zoals een ouder hoopt. Er kunnen ook problemen ontstaan tijdens het zindelijk worden. Deze problemen zijn:
Obstipatie:
Je kind houdt bewust zijn ontlasting op. Een gevolg hiervan is buikpijn en harde, pijnlijke ontlasting.
Plas en poep angst:
Je kind is bang om op de wc of het potje te zitten en doet hier dus ook niet zijn behoefte op.
Terugval in de zindelijkheid:
Ondanks dat je kind al zindelijk is, gaat hij ineens weer in zijn broek plassen en poepen. Je kind geeft dan ook niet meer aan dat hij naar de wc moet. Dit kan komen doordat er bijvoorbeeld een spannende tijd aanbreekt, als verjaardag, sinterklaas, enz.