Nederlandse taal
Meervouden
Inleiding
-Korte uitleg van de vormen.
-Filmpje
-Quiz
-Afsluiting
De meervoudvormen in het kort.
-meervoud op -en
-meervoud woorden die eindigen op -s of meervoud met -s
-meervoud woorden die eindigen op -f
-meervoud bij woorden die onbeklemtoond eindigen op -ik, -et, -el of -es
-meervoud woorden die onblekemtoond eindigen op -us of -is
-meervoud bij Latijnse woorden die einidigen op -us of -um
Meervoudsvorm die eindigd op -eren
De meervoudsvorm -eren komt maar bij een paar woorden voor. Denk hierbij aan woorden als kind – kinderen. De uitgang wordt dan gewoon achter het enkelvoudig zelfstandig naamwoord geplaatst. Enkele voorbeelden:
Kind —> kinderen
Ei —> eieren
Meervoudsvorm die eindigd op -en
Meervoud op -en
Ook de meervoudsvorm -en is een vorm die vaak voorkomt. Deze vorm spreekt vaak voor zich, zoals in boek – boeken. Helaas komt het addertje onder het gras tevoorschijn, wanneer het woord eindigt op -ee of -ie en het meervoud een -envorm heeft. Twee regels om dit nooit meer verkeerd te doen.
- Woorden die op -ie eindigen: Wanneer de klemtoon niet op de -ie ligt, krijgt het woord geen extra -e, zoals in porie – poriën. Wanneer de klemtoon op een wel op de -ie ligt, komt er wel een extra -e, zoals in melodie – melodieën.
- Woorden die op -ee eindigen: Wanneer een woord op -ee eindigt en de meervoudsvorm is -en, wordt de -en gewoon achter het woord gezet. De trema wordt op de laatste -e gezet, zoals in zee – zeeën.
Meervoudsvorm die eindigt op -s of een meervoud hebben met -s
Meervoudsvormen die op -s eindigen komen vaker voor. Om dit gemakkelijker te maken zijn er twee heel simpele regels opgesteld:
- Wanneer een woord eindigt op de volgende uitgangen wordt de -s direct achter het zelfstandig naamwoord geplaatst: -é, -ee, -ui, -er, -ie, -ey, -eau, -ay en -ieu
- Wanneer een woord op een heldere klank eindigt (zoals in piano) wordt de -s vooraf gegaan door een apostrof.
Uitzondering: Wanneer de -y een heldere klank heeft, maar vooraf wordt gegaan door een -e, wordt de -s vast geschreven. Enkele voorbeelden:
Baby –> baby’s
Printer –> printers
Meervoud bij woorden die eindigen op -s
Net als bij de -f veranderen ook de woorden die op een -s eindigen in het meervoud. Bij de -s wordt dit een -z, denk aan huis – huizen. Uiteraard zijn ook hier weer uitzonderingen te vinden. Dat zijn de volgende drie woorden:
Kruis –> kruisen
Kaars –> kaarsen
Meervoud bij woorden die eindigen op -f
Wanneer een enkelvoudig zelfstandig naamwoord op een f eindigt, wordt de -f vaak omgezet in een -v. Helaas zijn er enkele uitzonderingen op de regel, en dat zijn woorden die rechtstreeks uit het Grieks komen. De uitzonderingen zijn bijvoorbeeld:
Fotograaf –> fotografen
Hiëroglief –> hiërogliefen
Meervoud bij woorden die onbeklemtoond eindigen op -ik, -et, -el of -es
Dit zijn de woorden die vaak fout worden gedaan. Dat terwijl het regeltje helemaal niet moeilijk is. Wanneer een woord eindigt op -ik, -et, -el of -es en de klemtoon ligt niet op de laatste lettergreep, dan vindt er geen letterverdubbeling plaats. Dit zijn woorden als:
Monnik –> monniken
Dreumes –> dreumesen
Meervoud bij woorden die onbeklemtoond eindigen op -us of -is
Dit is een van de meest simpele meervoudsvormen. Het enige wat je hoeft te doen is de -s verdubbelen. Enkele voorbeelden:
Mus –> mussen
Vis –> vissen
Meervoud bij Latijnse woorden die eindigen op -us of -um
Als laatste een meervoudsvorm die erg moeilijk lijkt, en vaak ook verkeerd wordt gedaan, maar die uiteindelijk, wanneer je de regel weet, heel erg simpel is. En die regel is: wanneer een Latijns woord eindigt op -us of -um, wordt de uitgang in het meervoud -a. Zie de volgende voorbeelden:
Museum –> musea
Lyceum –> lycea
En nu de quiz !
1. goed
2. medium
3. etui
4. volk
5. cafe
6. perzik
7. porie
8. functionaris
9. antroposoof
10. paus