aardrijksKunde
Basisboek 68.
De paarse lijnen laten zien waar de breuklijnen liggen
Divergentie
De aardplaten kunnen bewegen bijv. Met divergentie ⬅️➡️ ( Drijven uitelkaar ), dat gebeurt bijvoorbeeld op de bodem van oceanen. Op de plek waar de platen uit elkaar drijven komt magma naar boven, op de zeebodem koelt dat af en vult het gat tussen de twee platen. Zo ontstaat er een gerekte-bergrug , een mid-oceanische rug.
Convergentie
met convergentie ➡️⬅️ ( Drijven naarelkaar toe ) meestal duikt de eens plaat onder de andere plaat bijv. Een zwaardere oceaanische plaat onder een lichtere continentale plaat.
Dat noem je subductie waar zo'n plaat weg duikt kan het wel een paar km diep zijn, zo'n diepe kloof noem je een trog.
Gebergte
Er kunnen ook twee platen naar elkaar toe drijven, waardoor er een gebergte vormt.
Transforme beweging
De platen schuiven langs elkaar, dat gebeurt bijvoorbeeld bij de san Andreas breuk in san fransico